Voor Dirk Kuyt was de oefenwedstrijd tegen Italië zijn 104e interland. De Fenerbahçe- speler mocht van bondscoach Guus Hiddink als aanvaller in de basis starten. Net als zijn ploeggenoten werd hij echter na de rode kaart van Bruno Martins Indi veroordeeld tot verdedigen. ‘Rampzalig als je zo begint’, aldus Kuyt.
Slap begin
Tegenover SBS6 verklaarde Kuyt dat het Nederlands elftal de wedstrijd al na tien minuten uit handen gaf. ‘We begonnen veel te slap. Een groot gedeelte van deze groep heeft een fantastisch WK gespeeld. Maar dat telt nu niet meer. We moeten laten zien dat we tot de besten behoren, maar dat hebben we niet gedaan. We moeten bij onszelf te rade gaan wat we de eerste tien minuten gedaan hebben. Dat was echt zonde, want daarna zien we dat we ook met tien man de schade nog kunnen beperken.’
Aanvaller
Dat de oud-Feyenoorder aan de wedstrijd begon als aanvaller was allerminst een verrassing voor hem. ‘Ik ben gewend om op deze positie te spelen. Zij speelden in een 5-3-2-systeem met de punt naar achteren. Ik moest als rechterspits spelen en het middenveld ondersteunen. Na tien minuten was dat plan afgelopen. Iedereen kent mijn kwaliteiten. Ik vul het op mijn eigen manier in.’
Over de rode kaart voor Martins Indi twijfelde de ex-Feyenoorder. ‘Maar het is voor mij een moeilijke situatie om te beoordelen. Scheidsrechters doen ook hun werk. Als ze geen kaarten geven zijn zij de sjaak. Volgens mij vonden de Italianen het ook doodzonde om tegen tien man te spelen. Maar laat dit vooral een les voor ons zijn. We moeten zorgen dat we tegen Tsjechië beter beginnen.’
